
Brussel, 2025 – Op een zonovergoten dinsdag hield de Brusselse gemeente Anderlecht even halt om niet zomaar een sporticoon te vieren, maar een geliefde buur. Eddy Merckx, de man wiens onverzadigbare honger naar overwinning hem de bijnaam “De Kannibaal” opleverde, werd vandaag 80 jaar. In een ontroerend eerbetoon bracht RSC Anderlecht—de voetbalclub waar Merckx hartstochtelijk fan van is—een verjaardagsboodschap die verder gaat dan louter supportersliefde. Het weerspiegelt de diepe band tussen een wereldlegende en zijn thuisbasis.
Anderlechts ode aan Eddy: “Een waar monument van de Belgische sport”
Het eerbetoon opent met eerbied: “Op dinsdag 17 juni vieren we de 80ste verjaardag van Eddy Merckx, een waar monument van de Belgische sport en een wereldicoon in de wielerwereld.” Zijn indrukwekkende carrière wordt belicht: 525 overwinningen, vijf Tour de France-zeges, vijf Giro d’Italia-titels, één Vuelta a España, drie wereldtitels en het prestigieuze Uurrecord (gevestigd in 1972). Toch verbindt Anderlecht deze wereldsuccessen subtiel met de lokale grond: de fiets waarop Merckx zijn Uurrecord reed, wordt bewaard in het metrostation Eddy Merckx in Anderlecht.
Het metrostation: een heiligdom van zijn nalatenschap
Sinds de opening in 2003 is metrostation Eddy Merckx (lijn 5) meer dan een vervoersknooppunt—het is een museum van wielerhistorie. Blikvanger: de feloranje fiets waarmee Merckx het Uurrecord brak in Mexico-Stad. In een glazen vitrine op het perron trekt het jaarlijks bezoekers van over de hele wereld. De naamgeving brak met de traditie: het was het eerste Brusselse metrostation dat vernoemd werd naar een levende persoon. Oorspronkelijk zou het station “Maurice Carême” heten, maar onder lokale druk werd dit op het laatste moment veranderd, wat Merckx’ onsterfelijkheid in het straatbeeld van Anderlecht bevestigde.
Eddy de supporter: het kloppend hart van Anderlecht
Naast het wielrennen is Merckx’ liefde voor RSC Anderlecht legendarisch. Het eerbetoon benadrukt zijn decennialange trouw als supporter, vaak te zien in de tribunes van het Astridpark, samen met voetballegende Paul Van Himst. Hij speelde zelfs mee bij het veteranenteam van de club, met iconen als Georges Heylens. “Eddy belichaamt perfect de waarden van onze club,” stelt de boodschap, waarmee zijn loyaliteit in voor- en tegenspoed geprezen wordt. Die band weerspiegelt de identiteit van Brussel—een stad waar wielrennen en voetbal samensmelten in gemeenschappelijke trots.
De onovertroffen palmares: waarom Merckx de GOAT blijft
Merckx’ carrière is een lappendeken van bovenmenselijke prestaties:
De Triple Crown (1974): winst in de Giro, de Tour én het WK in hetzelfde jaar—sindsdien slechts twee keer geëvenaard.
Paris-Roubaix-overmacht: zijn zege in 1970 met 5’21” voorsprong blijft de grootste in de geschiedenis van “De Hel van het Noorden”.
Grote Rondes: 11 eindzeges, waaronder vijf opeenvolgende Tours (1969–1974).
Zoals Anderlecht het verwoordt: “De Kannibaal blijft een onbetwistbare referentie in de sport.”
Brussel: het landschap van een legende
Merckx’ wortels lopen diep door Brussel:
Sint-Pieters-Woluwe: waar jonge Eddy per fiets boodschappen bezorgde; vandaag vind je er Place Cannibale, een plein met zijn standbeeld.
Sint-Katelijneplein: zijn favoriete brasserie La belle maraîchère ontvangt hem nog altijd.
Grote Markt: waar 100.000 Belgen hem toejuichten na zijn Tour-zege in 1969.
Maar Anderlecht blijft bijzonder—het is de plek van liefde (waar hij Claudine ontmoette), familie en sportieve nalatenschap.
Erkenning in beweging: huldes buiten Anderlecht
Terwijl Merckx herstelt van een recente heupbreuk, viert de wielerwereld hem:
Eddy 80-fietsen: speciale edities van race- en gravelbikes ter ere van zijn wereldtitel in 1971 en Tour-etappes.
Gravelroute: een permanent 80 km-parcours in Paal met muurschilderingen van Merckx.
Koninklijke eer: Koning Filip schonk hem ingelijste foto’s van hun ontmoetingen—een blijk van zijn status als nationaal erfgoed.
Eddy vandaag: wijsheid voor een nieuwe generatie
Merckx blijft een ouderdomsdeken voor het wielrennen. Over Tadej Pogačar: “Hij is zonder twijfel de grootste van zijn generatie.” Over rivaal Felice Gimondi: “Wat Felice won, deed hij met kracht en intelligentie. Een grote vriend.” En zijn metrostation? “Nooit. Dat is een halte—en ik rijd nog altijd gewoon door.”
—
De laatste ronde
Het eerbetoon van Anderlecht—eenvoudig, oprecht en intiem—vat samen waarom Merckx blijft voortleven. Niet enkel om de trofeeën, maar om zijn veerkracht, trouw en de ziel van de Belgische sport. Zoals de boodschap besluit: “Er bestaat geen twijfel dat een kampioen als hij in één adem alle 80 kaarsjes uitblaast.” In Anderlecht, en ver daarbuiten, blijft de honger van de Kannibaal eeuwig branden.
> “Eddy Merckx is geen relikwie uit het verleden. Hij is de hartslag van elke renner die durft aan te vallen, elke supporter die droomt, en elke stad die hem eert—vooral Anderlecht.” — Wielerhistoricus, Brussels Voice
Leave a Reply